M

Actie nodig om beloften over verblijfsstatus en Tozo na te komen

Zonder ingrijpen van Staatssecretarissen Uslu en Van der Burg moeten in de komende anderhalf tot twee jaar tientallen tot enkele honderden zelfstandig werkenden in de cultuursector het land verlaten op economische gronden, waarbij hun culturele toegevoegde waarde, die in eerste instantie aan de basis van hun verblijfsstatus lag, buiten beschouwing wordt gelaten.

21/03/2022




Update per 21 mei 2022: Onderstaande brief lijkt het beoogde effect bereikt te hebben. Wij hebben geen officieel antwoord gekregen van Staatssecretarissen Uslu en Van der Burg, maar wel contact gehad met het Ministerie van OC&W, waar men zich bewust is van deze problematiek en erover met de IND in contact staat. De IND heeft geen openbaar statement naar buiten gebracht, maar uit meerdere zaken blijkt dat het toetsbeleid is aangepast. Na het aantekenen van bezwaar, hebben de kunstenaars in kwestie toch verlenging van het verblijfsrecht toegekend gekregen.

Twee advocaten, gespecialiseerd in vreemdelingenrecht en werkend aan dit soort zaken, bevelen aan:

Advocaat 1: ‘Ik zie de gegronde bezwaren binnen stromen. Dus je kan wel zeggen dat het bezwaar instellen zin heeft. Al mijn cliënten met een gegrond verklaard bezwaar waren tot nu toe voorbeelden van veel gebruik van Tozo en weinig eigen inkomsten. Maar ik heb telkens uitgelegd dat het standpunt van IND t.o.v. inkomenshoogte niet correspondeert met de Tozo-regels over inkomensmaximum.’

Advocaat 2: ‘Mensen doen er altijd goed aan doen om aan te tonen dat het hun weer lukt om omzet te genereren sinds de pandemie geluwd is. Daar gaat voor de IND om. Het kan nooit kwaad om culturele waarde aan te tonen met bevestigingen van toekomstige tentoonstellingen e.d. in kwalificerende instellingen.’

 

Aan:
Staatssecretaris Cultuur en Media, Gunay Uslu
Postbus 16375
2500 BJ Den Haag

Staatssecretaris Justitie en Veiligheid, Eric van der Burg
Postbus 20301
2500 EH Den Haag

Amsterdam, 7 maart 2022

Betreft: verblijfsrecht & TOZO

 

Geachte staatssecretarissen, beste Gunay Uslu en Eric van der Burg,

Graag roepen wij u op om de belofte dat een beroep doen op de TOZO geen gevolgen zal hebben voor het verblijfsrecht van vreemdelingen met een verblijfsvergunning ‘Arbeid als zelfstandige’ van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, gedaan op 17 april 2020, na te komen. Zonder ingrijpen moeten in de komende anderhalf tot twee jaar tientallen tot enkele honderden zelfstandig werkenden in de cultuursector het land verlaten op economische gronden, waarbij hun culturele toegevoegde waarde, die in eerste instantie aan de basis van hun verblijfsstatus lag, buiten beschouwing wordt gelaten.

De verschillende maatregelen die het kabinet vanaf voorjaar 2020 heeft ingesteld tegen de verspreiding van het coronavirus hadden en hebben grote en ongekende gevolgen voor de culturele en creatieve sector in Nederland. Het staat vast dat de beperkingen een blijvende en structurele impact zullen hebben op de culturele infrastructuur, zoals in kaart gebracht in ‘Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund’, een rapport van de Boekman Stichting van mei 2021.[i] Uit het rapport valt op te maken dat de hardste klappen die de maatregelen hebben veroorzaakt, zijn opgevangen door de zelfstandigen in de sector: culturele instellingen hebben in 2020 gemiddeld 55% bezuinigd op de personele kosten van zzp’ers, ten opzichte van 3% voor personeel in loondienst. De manier waarop zelfstandigen in de kunsten vanuit de overheid werden ondersteund was de generieke TOZO, ingericht zodat zzp’ers niet onder het bestaansminimum uitkwamen.

In april 2020 zegde voormalig staatssecretaris Broekers-Knol toe dat deze steun ook voor zelfstandig werkenden van buiten de EU toegankelijk was. In reactie op Kamervragen van GroenLinks, stelde zij dat een uitzondering gemaakt kan worden voor mensen met een tijdelijke verblijfsvergunning welke afhankelijk is van het economische verdienvermogen van de houder zoals bij ‘Arbeid als zelfstandige’:

Voor vreemdelingen met een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking «arbeid als zelfstandige» die een beroep doen op de Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers (TOZO) wordt een uitzondering gemaakt. Gezien de bijzondere omstandigheden en de tijdelijke aard van de regeling, zal een beroep op deze regeling geen gevolgen voor het verblijfsrecht van de vreemdeling hebben.”

Helaas blijkt de IND deze toezegging van de Staatssecretaris niet na te komen. In de afgelopen weken hebben verschillende kunstenaars zich bij Platform BK gemeld met de mededeling dat de aanvraag voor de verlenging hun verblijfsvergunning voor ‘Arbeid als zelfstandige’ is afgewezen door de IND. Reden hiervoor is dat TOZO niet als inkomen wordt gezien voor het inkomensvereiste. Hoewel de IND het ontvangen van TOZO niet lijkt te hanteren als directe negatieve indicatie, wordt op deze manier het ontvangen van TOZO toch de reden voor de afwijzing van verblijfsvergunningen. Het was namelijk onmogelijk voor de getroffen zelfstandig werkenden om TOZO aan te vragen en daarnaast voldoende inkomen te genereren voor het inkomensvereiste. Voor het opvangen van wegvallend inkomen door overheidsmaatregelen was de TOZO-regeling immers bedoeld. We kunnen niet anders concluderen, dan dat het handelen van de IND ingaat tegen de strekking van de toezegging van Staatssecretaris Broekers-Knol. Zonder uw ingrijpen zullen tientallen kunstenaars voor de zomer van 2022, ondanks vele tentoonstellingen, optredens en andere uitnodigingen die zij voor dit jaar hebben ontvangen bij culturele instellingen in de landelijke infrastructuur, het land moeten verlaten. Uit meldingen bij ons en gesprekken met juristen en journalisten maken wij op dat het op dit moment moet gaan om zeker tientallen gevallen, en dat er in de komende tijd nog meer gevallen zullen gaan voorkomen.

Zonder uw ingrijpen zal de Nederlandse culturele sector, die hard werkt aan herstel na de crisis, nogmaals getroffen worden door gedwongen afscheid van verschillende kunstenaars die zij in hun programma hadden opgenomen. In de komende twee jaar zullen in dat geval nog tientallen kunstenaars Nederland worden uitgezet, omdat de IND een beleid voert dat niet overeenkomt met de belofte van de vorige staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Helaas is gebleken dat het geld van de steunpakketten voor de cultuursector, dat vooral in de eerste tranches via instellingen werd verdeeld, nauwelijks

bij zelfstandigen terechtkwam. Door het onverhoopte stokken van geldstromen bij de instellingen, werden zelfstandig werkenden in de cultuursector vrijwel volledig afhankelijk van de generieke steunmaatregelen. Nu is er een reëel gevaar dat een deel van deze kunstenaars nogmaals hard getroffen wordt door onvrijwillig vertrek en zo een opgebouwde praktijk, die van onschatbare waarde kan zijn voor Nederland, beëindigd zien worden.

Wij hopen van harte dat u de onrechtvaardigheid van de situatie waarin deze kunstenaars verkeren inziet. Het zal gênant en pijnlijk zijn om tal van talenten in de culturele sector op deze manier te moeten verliezen, omdat het politieke antwoord voor het oprapen ligt. De mogelijkheden waar u aan kunt denken: verlaag de inkomenseis, neem TOZO mee in het inkomen, of nog beter: laat de inkomenseis vallen en toets enkel het belang van de artistieke praktijk voor Nederland. De laatste mogelijkheid is veruit het simpelste uit te voeren en sluit aan bij de praktijk van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid als een kunstenaar voor de eerste keer een verblijfsvergunning ‘Arbeid als zelfstandige’ aanvraagt en de Staatssecretaris of de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap vraagt of er met de aanwezigheid van de kunstenaars een wezenlijk cultureel belang van Nederland gediend wordt.

Wij vertrouwen erop dat u zich zult inzetten voor het betrouwbaarder maken van de overheid en uw verantwoordelijkheid zal nemen om gedane toezeggingen in letter en geest na te komen. Bij eventuele vragen staan wij u uiteraard graag te woord.

 

Met vriendelijke groet,

Sepp Eckenhaussen, Co-directeur Vereniging Platform Beeldende Kunst
Joram Kraaijeveld, Voorzitter Vereniging Platform Beeldende Kunst

 

[i] Boekman Stichting, ‘Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund: Effecten van de coronacrisis in de culturele sector’, 27 mei 2021, https://www.boekman.nl/verdieping/publicaties/onderzoek-cultuur-en-corona/.




Over Sepp Eckenhaussen

Sepp Eckenhaussen is onderzoeker bij het Instituut voor Netwerkcultuur. Van 2020 tot 2023 vormde hij met Koen Bartijn het kernteam van Platform BK.


GERELATEERDE ITEMS