Lees hier de brief van Beeldende Kunst Nederland (www.bknl.nl) waarin wij onze zorgen over de positie van de presentatie-instellingen voor Beeldende Kunst met de Cultuurwoordvoerders van de Tweede Kamer delen:
Lees hier de brief van Beeldende Kunst Nederland (www.bknl.nl) waarin wij onze zorgen over de positie van de presentatie-instellingen voor Beeldende Kunst met de Cultuurwoordvoerders van de Tweede Kamer delen:
Wat staat op het spel?
Presentatie-instellingen zijn instellingen voor beeldende kunst zonder vaste collectie; ze zitten tussen kunstenaars en musea in, trekken een divers publiek, zijn (nu nog) regionaal gespreid over heel het land, en ze zijn van groot belang voor talentontwikkeling van kunstenaars en curatoren. Ze zijn, kortom, cruciaal voor het weefsel van de beeldende kunst. Ze haken in op de actualiteit, behandelen maatschappelijk relevante thema’s, organiseren debatten en discussies, schuwen het experiment niet, hebben een laboratoriumfunctie en maken kunst op een laagdrempelige manier toegankelijk.
De presentatie-instellingen zijn niet alleen verspreid over het land maar ook divers in hun aanpak en in discipline – van Kunstvereniging Diepenheim te Diepenheim tot het Instituto Buena Bista op Curacao.
Presentatie-instellingen on Vimeo.
Op deze voor de sector én voor het publiek zo belangrijke instellingen is fors bezuinigd. In de periode 2009-2012 was vanuit het Rijk (rechtstreeks via de BIS en via het Mondriaan Fonds) nog 33,9 miljoen per jaar beschikbaar; in deze cultuurplanperiode is dat 18,7 miljoen – dat is dus bijna een halvering.
De presentatie-instellingen hebben het dan ook moeilijk. Er zijn de afgelopen drie jaar inmiddels twaalf gesloten, waaronder Lokaal 01 in Breda, de Paviljoens in Almere, de CBKs in Hertogenbosch, Assen en Utrecht en recentelijk GEMAK in Den Haag. Dat is een aderlating voor de regionale spreiding en voor de diversiteit. In veel van de resterende presentatie-instellingen wordt, zoals elders in de sector, steeds harder gewerkt met minder mensen. Als er niets gebeurt, zal op korte termijn nog een aanzienlijk aantal de deuren moeten sluiten.
Wat is de verhouding met het Rijk?
Presentatie-instellingen zijn in het algemeen goed verankerd in hun gemeente, die vaak meebetaalt aan hun begroting. Daarnaast worden vanuit het Rijk rechtstreeks zes instellingen ondersteund met een bijdrage (in totaal 2,4 miljoen per jaar). Verder zijn er op dit moment 26 presentatie-instellingen die financiering krijgen van het Mondriaan Fonds. Het fonds betaalt maximaal 40 procent van hun begroting; dus het gaat om instellingen die ten minste 60 procent elders vergaren, bijvoorbeeld van de gemeente. De bijdragen van het fonds variëren van 45.000 tot 200.000 euro op jaarbasis.
Daarnaast draagt het fonds met werkbijdragen van 10.000 euro bij aan zogeheten kleine initiatieven die zo nodig zijn voor vernieuwing in de sector. (In totaal voor 100.000 euro op jaarbasis)
Wat is het acute probleem?
26 presentatie-instellingen, waarvan veel in de regio, konden tot nu toe door essentiële bijdragen van het Mondriaan Fonds hun programma ontwikkelen. Het budget van het Mondriaan Fonds is echter flink gekort en daarom kon het fonds deze instellingen de afgelopen drie jaar alleen voldoende steunen door inzet van reserves uit vorige cultuurplanperiodes. Helaas zijn deze reserves op en komt het fonds in de huidige beoordelingsronde fors tekort om het bestel in stand te houden.
De deadline voor de huidige ronde was afgelopen vrijdag. Liefst 40 presentatie-instellingen hebben aangevraagd voor in totaal 6,6 miljoen euro. Het beschikbare bedrag is 2,3 miljoen. Volgens een ruwe inschatting is er minimaal 4,5 miljoen nodig om de geschikte aanvragen na beoordeling op onder meer kwaliteit en regionale spreiding te kunnen honoreren. Een geschat tekort dus van ruim 2 miljoen.
Als er geen extra geld komt, is het Mondriaan Fonds genoodzaakt nog scherpere keuzes te maken dan tot nu toe. Het betekent dat het fonds veel minder presentatie-instellingen kan ondersteunen. Ook zal het fonds bedragen niet kunnen indexeren. Daardoor zal de diversiteit verminderen maar zal het fonds bovenal de regionale spreiding van de ondersteunde instellingen niet kunnen garanderen. Een bijdrage van het Mondriaan Fonds stimuleert lokale en private financiering. Het ontbreken van fondsbijdrage heeft daarmee een breder negatief effect dat niet onderschat moet worden
Dit alles betekent een verarming van het artistieke klimaat in de hedendaagse beeldende kunst. En dat is een verlies voor ons allemaal.
In 2016 draagt het Mondriaan Fonds bij aan de programma’s van 26 presentatie-instellingen: Ateliers’89 (Oranjestad, Aruba), Casco (Utrecht), Club Solo (Breda) DSPS/De Player (Rotterdam en verschillende locaties), Extrapool (Nijmegen), Fotodok (Utrecht), Framer Framed (Amsterdam), Hotel Mariakapel (Hoorn), If I Can’t Dance, I Don’t Want To Be Part Of Your Revolution (verschillende (inter)nationale locaties), Incubate (Tilburg), Instituto Buena Bista (Willemstad, Curaçao), Kunsthuis SYB (Beetsterzwaag), Kunstvereniging Diepenheim (Diepenheim), Lost & Found (Amsterdam en verschillende locaties), Nest (Den Haag), Nieuwe Vide (Haarlem), One Minutes (Amsterdam en verschillende locaties), Onomatopee (Eindhoven), P/////AKT (Amsterdam), Paradox (Edam en verschillende (inter)nationale locaties), Project Space 1646 (Den Haag), Showroom MAMA (Rotterdam), Stroom (Den Haag), Vleeshal (Middelburg), West (Den Haag) en Worm (Rotterdam).