J

Voor een ring van solidariteit

De Culturele Stelling is het levende bewijs van actief verzet door Amsterdammers tegen de financialisering van de stad. Plekken als Het Domijn, W139, OT301 delen een verhaal van kraak, legalisatie en uiteindelijk collectief eigendom. Deze zijn het resultaat van een gewonnen strijd om ruimte buiten de markt. Door huidige wet- en regelgeving is tegenwicht bieden aan de financialisering van de stad moeizaam, daarmee nog noodzakelijker om onze creatieve, inclusieve en ongedeelde stad te verdedigen.

10/07/2019




De Wet Markt & Overheid en de Woningwet 2015 – m.a.w. Haagse neoliberale politiek – hebben er voor gezorgd dat het maatschappelijk vastgoed in Nederland is geslonken in voorraad en betekenis. Al het maatschappelijke vastgoed dat in bezit is van gemeenten en corporaties is met deze landelijke wetgeving richting de markt geduwd. Ateliers werden niet-DAEB, huren van panden werden kostprijsdekkend en verkoopprijzen van vastgoed werden marktconform. Om in te beelden wat voor massale maatschappelijke verandering deze wetten eigenlijk inhouden, is het voornemen van marktfundamentalist Stef Blok tekenend. Blok wilde als minister van Wonen meer dan de helft van de Nederlandse sociale woningvoorraad in de verkoop doen: 1,2 van de 2,1 miljoen huurwoningen. In een volgende ministerpost heeft Blok een Engelstalige pagina (www.investingindutchhousing.nl) op de website van Binnenlandse Zaken laten maken om buitenlandse investeerders te lokken. De gemeente Amsterdam had als beleidsdoel €200 miljoen opbrengst uit de verkoop van het gemeentelijk vastgoed. Ondanks de belofte van een stop op verkoop blijft het huidige college ook maatschappelijk vastgoed verkopen, voor een bedrag van €11 miljoen.

Deze door de staat aangedreven financialisering en gentrificatie van steden raakt iedereen. Ondertussen is de durfinvesteerder Blackstone actief in Amsterdam: alle alarmbellen zouden nu moeten gaan rinkelen in het stadhuis. Wethouder Ivens wil financialisering van woningen tegengaan door een noodknop in de vrije huursector en een woonplicht in de koopsector. Of dit voldoende is moet blijken. Het zal niet helpen tegen de financialisering van cultureel vastgoed. Hoe midden in deze ontwikkelingen toch ruimte voor cultuur te beschermen om te voorkomen dat deze in handen van durfinvesteerders valt?

De optie waar we met z’n allen aan moeten werken is om plekken en panden uit de markt te halen, ze vrij te kopen en te collectiviseren. Zoals dat eerder is gedaan met de panden in De Culturele Stelling. De gemeente moet aan onze kant komen staan en haar burgers helpen zichzelf en de stad beschermen tegen partijen als Blackstone. Private equity ontwricht onze samenleving door vastgoed tot handelswaar te maken.

In deze strijd tussen investeerders en betrokken burgers, tussen marktfundamentalisten en maatschappelijke idealisten gaan we er niet met z’n allen gezellig uitkomen. De gemeente moet partij kiezen in de wetenschap dat velen onder ons al gedwongen zijn om de stad te verlaten, terwijl het aandeel investeerders in Amsterdam is toegenomen. We kunnen het ons niet veroorloven om deze strijd tussen het recht op wonen en de financialisering van de stad te verliezen. De gemeente heeft de dure plicht te investeren in de maatschappelijke infrastructuur van de stad. Kijk naar Berlijn en Barcelona, waar de gemeente vastgoed koopt om de stad leefbaar te houden.

Het nieuwe Atelier- en Broedplaatsenbeleid – hét gemeentelijk beleid om ruimte buiten de markt voor kunst en cultuur te creëren – biedt hiertoe geen mogelijkheden meer. Kunstenaars worden maximaal twee keer 5 jaar getolereerd, daarna sta je op straat omdat we moeten doorstromen. Dit beleid werkt mee aan de ontwrichting van onze stad. Het creëert een stoelendans. Het huidige college ontneemt huurrechten van haar burgers en werkt actief mee aan de financialisering en gentrificatie van de stad. We willen geen neoliberaal beleid, maar een progressieve politiek.

Mijn voorstel is daarom dat we morgen Bureau Broedplaatsen afschaffen en daarvoor in de plaats Bureau Huisvesting voor Artistieke Gemeenschappen en Culturele Initiatieven oprichten. Van tijdelijk naar duurzaam, geen gentrificatie maar sociale cohesie, geen financialisering maar maatschappelijke waarde. Dit bureau zou initiatieven moeten ondersteunen om panden in coöperatief eigendom te verkrijgen, de culturele en maatschappelijke functie voor de lange termijn te borgen, de huren betaalbaar te houden, en ook mogelijkheden laten ontstaan om panden te verduurzamen. De Culturele Stelling kan hierbij een vereniging van verenigingen worden, om zo als een financieel solidariteitsnetwerk functioneren.

Dat de strijd tussen investeerders en betrokken burgers in volle gang is laat de postercampagne ‘De Prins met 349 Huizen’ zien. Overal in de stad is deze poster terug te vinden, misschien wel opgeplakt door u. Wat de meesten van jullie niet weten is dat de vormgevers actief benaderd zijn door een vertegenwoordiger van Prins Bernhard jr. in de persoon van voormalig CDA-spindoctor Jack de Vries. Als een voormalig Staatssecretaris van Defensie wordt opgeroepen om de strijd aan te gaan met vormgevers, dan weten we hoe laat het is. Dan weten we dat het ergens om gaat: de toekomst en leefbaarheid van onze stad, waar kunst en cultuur het weefsel en het wezen van zijn. Dank u wel.

*Deze tekst is uitgesproken bij het programma ‘Onbetaalbaar Kapitaal: Wat is de betekenis van vrije culturele ruimtes in de stad?’ georganiseerd door De Culturele Stelling in Pakhuis de Zwijger op 12 juni 2019.




Over Joram Kraaijeveld

Joram Kraaijeveld is producent, curator, docent en schrijver en zet zich als zodanig in voor de positie van de kunstenaar en de waarde van de kunsten voor de samenleving. Hij werkt aan actieve vormen van solidariteit binnen en buiten de kunsten. Hij was betrokken bij de ontwikkeling van de Arbeidsmarktagenda voor de Culturele en Creatieve Sector 2021-2024, de richtlijn kunstenaarshonoraria en de Fair Practice Code. Namens Platform BK schreef hij samen met Bart Stuart het onderzoeksrapport ‘Geen Stad Zonder Kunst’ over verschillende vormen van beheer van atelierpanden in Nederland. Joram doceert kunsttheorie aan de Gerrit Rietveld Academie, waar hij ook voorzitter is van de Redactieraad voor Intercurriculaire Programma's. Hij werkte als curator voor onder meer SMBA, Van Abbemuseum, De Brakke Grond & Museum Dr. Guislain, Schloss Ringenberg, Metropolis M & Stedelijk Museum Amsterdam. Zijn artikelen zijn gepubliceerd in o.a. Metropolis M, Boekman en Kunstlicht. Hij is voorzitter van vereniging Platform BK, commissielid van de CAWA en lid van wooncoöperatie Het Nieuwe Bajesdorp.


GERELATEERDE ITEMS